Noardeast-Fryslân

De mening van de SP Noordoost Fryslan over de plannen van de provincie tot reconstructie van de N358

De N358, ontsluitingsweg van noordoostfryslan tussen Anjum en Friesepalen (afslag A7),wordt geherstructureerd door de provincie Fryslân. Om de doorstoom te verbeteren heeft men al zeven minirotondes op dit traject aangelegd en daar komt een achtste bij(ten noorden van Surhuisterveen). Om de veiligheid te bevorderen kiest de provincie nu voor de aanleg van parallelweg van af Buitenpost naar Augustinusga, die in een latere fase doorgetrokken wordt tot aan de afslag naar de A7 bij Friesepalen. Zo wordt het langzame landbouw verkeer gescheiden van het autoverkeer. In de huidige situatie wordt het fietspad vooral ’s morgens en 's middags intensief gebruik door schoolgaande fietsers (pubers). Bekend is dat er regelmatig gevaarlijke situaties ontstaan door het verkeersgedrag van sommige kinderen In de plannen van de provincie gaan deze scholieren vanaf 2006 samen met het landbouwverkeer en plaatselijk verkeer, gebruikmaken van de parallelweg. Op de hoofdrijbaan wordt nu al vaak te snel gereden en het landbouw verkeer rijdt daarentegen 45 kilometer per uur, Dit geeft problemen wanneer geërgerde chauffeurs zich niet aan het langzamer tempo moeten aanpassen en zich laten verlijden tot gevaarlijke inhaalmanoeuvres. Het snelheidsverschil dat dus aanleiding is tot het maken van de provinciale plannen voor een parallelweg, wordt dan verplaatst naar de smallere parallelweg. Alleen gaat het hier dan om het snelheids verschil tussen landbouw verkeer en het kwetsbare fietsverkeer (15 km en 45 km). Aan de veranderingen kleven dus problemen, Ten eerste: wil men de parallelweg optimaal veilig maken voor alle gebruikers, dan zou hij minimaal vijf meter breed moeten zijn. Landbouwmachines mogen 2,50 meter breed zijn en ook gewone (vracht)auto’s mogen met tachtig km gebruik maken van een parallelweg. De verbetering De verbetering voor de hoofdrijbaan gaat in dit scenario ten koste van de fietser (scholieren) en is dus voor de SP en de bevolking onacceptabel. Ten tweede: de brug over het Prinses Margrietkanaal wordt een botelnek als deze oplossing wordt doorgevoerd. De meest logische maar tevens erg dure oplossing, is de aanleg van een tweede brug. Als men niet voor een tweede brug kiest, betekend dat een andere dure aanpassing moet komen. En dat roept vragen op over het in-uitvoegend landbouwverkeer parallelweg/hoofdrijbaan: over de ontsluiting van Blauforlaet – Rohel, het verkeer uit de richting Stroobos-Gerkesklooster en de afslag naar de mieden. Hebben we het nog niet eens over de eventuele ondertunneling van de kruising met de weg naar Augustinusga gehad. Ten derde: de N358 loopt door de ecologische hoofd structuur. Vooral de flora en fauna in de sloten langs de weg, is kwetsbaar en zal ’s winters door strooizout ernstig getroffen worden. Meer openbare verlichting is als lichtvervulling uit natuuroogpunt ongewenst. Juist het feit dat hier donkergebieden zijn, maakt dit gebied zo bijzonder (nachtdieren), De rand beplanting zal deels worden verwijderd en het is nog maar de vraag of de nieuwe bermaanplant (essen) blijft staan. De bestaande sloot met bijzondere (beschermde) planten zal moeten wijken voor een nieuwe, steriele sloot. Ten vierde: De Provincie heeft nu ruim 5.6 miljoen euro uitgetrokken voor de meest sobere staat. Daar zal nog een ruim deel bij moeten van de betroken gemeenten, doorgaans 10 % van het deel van de provincie. Als er nu extra maatregelen getroffen worden voor de veiligheid voor de veiligheid op de parallelweg,, dan kan dit bedrag tot een veelvoud (met tweede brug drievoud) oplopen. Er van uitgaande dat men dan wél rondkomt, spreek je al gauw van een slordige 1.6 miljoen Euro extra uitgaven voor Achtkarspelen. Als de weg Twijzel-Harkema-Drachten klaar is , zal het verkeer naar alle verwachting afnemen. Waarschijnlijk heeft men dan meer last van de rotondes dan nu van het plaatselijke landbouwverkeer. Op gedeelten zou de snelheid omlaag kunnen naar 60 km/uur, zeker bij de brug. Dit wordt op meer provinciale wegen gedaan. Voor de economische ontsluiting van noordoostfryslan wordt er hard gewerkt aan de route Dokkum-Burgum-Wâldwei. Conclusie: de veiligheid van de fietsers is meer gediend met goedbeleid richting jeugd (ook school en ouders) controle door politie ter plekke. Ouderwets opvoeden dus: goed gedrag belonen en overtredingen (ook hinderlijk gedrag) bestraffen.